Zwangerschapsafbreking

Op mijn website vind je géén informatie over het afbreken van een onbedoelde zwangerschap, maar het (eventueel) afbreken van een zwangerschap omdat je na een echo of aanvullende onderzoeken hebt ontdekt dat jouw kindje een afwijking/aandoening heeft.

Als je te horen krijgt dat jouw kindje een aandoening heeft, is dat natuurlijk schrikken. Je kunt je verdrietig of verdoofd voelen. Je kunt ongeloof, woede, angst of wanhoop voelen. Sommige mensen voelen zich schuldig, ook al kun je er niets aan doen.

Zwangerschap wel of niet afbreken

Hoe zal de geboorte van een kindje met deze aandoening voor jouw leven, relatie en/of gezin zijn? En het is natuurlijk belangrijk om te weten of de aandoening te behandelen is? Hoe ziek is jouw kindje en welke problemen zal jouw kindje (kunnen) ervaren? Wat zijn de verwachtingen over levensvatbaarheid en kwaliteit van leven? Hoeveel pijn zal jouw kindje ervaren? Kan jouw kindje overlijden door de aandoening? Vraag om informatie bij jouw arts! Bij een patiëntenvereniging kun je eventueel ook vragen of er ouders zijn van een kindje met deze aandoening, waar je mee kunt praten.

Er kunnen verschillende redenen zijn waarom je wel of niet het afbreken van jouw zwangerschap overweegt:

  • Misschien wil jij je kind het leven met deze ziekte niet aan doen.
  • Misschien wil je jouw kindje beschermen tegen pijn.
  • Misschien kun je het niet over je hart verkrijgen om de zwangerschap af te breken. 
  • Misschien vind je dat elk leven waardevol is, en dat jouw kindje er dus ook mag zijn met zijn/haar aandoening.
  • Misschien heeft je geloofsovertuiging een rol in jouw besluit.
  • Misschien hebben jullie al een kindje met deze aandoening en kun je dit niet aan. Of juist wel, omdat je weet wat je te wachten staat.

Neem je eigen gevoelens serieus. Wat betekenen ze voor je besluit? En sta jezelf altijd toe om van overtuiging te mogen veranderen.

Neem de tijd om na te denken en praat er over met je partner en/of goede vriend(in). Er komt waarschijnlijk veel op je af. Je hebt misschien al gepraat met de verloskundige, gynaecoloog, huisarts of een andere deskundige bij de afdeling prenatale diagnostiek. Maar je kunt altijd nog een extra gesprek aanvragen. Bespreek je vragen en eventuele twijfels met jouw specialist. Dit kan je helpen bij het nemen van je beslissing, maar ook in jouw later proces van acceptatie t.a.v. jouw besluit.

In Nederland is in de visie op geboortezorg opgenomen dat gezamenlijke besluitvorming de zorgstandaard is. Dit als het proces waarin de zorgprofessional en de cliënt in gezamenlijkheid tot besluiten komen. In dit proces is het uitwisselen van informatie zeer belangrijk.

In het besluitvormende proces zijn vier fases te onderscheiden.
1>Eerst introduceert de zorgprofessional het idee dat er een keuze is en alternatieve opties mogelijk zijn. Hierbij onderzoekt de zorgprofessional in welke mate de moeder betrokken wil zijn bij de besluitvorming.
2>Vervolgens bespreekt de zorgprofessional alle mogelijkheden en consequenties.
3>Daarna wordt de persoonlijke situatie en voorkeur van de moeder in kaart gebracht.
4>Tenslotte wordt in gezamenlijkheid een beslissing genomen. De uiteindelijke beslissingsbevoegdheid ligt bij de moeder zelf.

Wat wel belangrijk is om te weten, is dat wanneer je langer dan 24 weken zwanger bent, je jouw zwangerschap niet altijd meer kunt afbreken. Hier zijn wel uitzonderingen op, maar deze beslissing (afbreken van een latere zwangerschap) moet dan in overleg met jouw arts worden behandeld door een ethische commissie.

Toegestane zwangerschapsduur
Zwangerschapsafbreking is toegestaan tot een zwangerschapsduur van 24 complete weken = 168 dagen, gerekend vanaf de 1e dag van de laatste menstruatie. Indien de 1e dag van de laatste menstruatie onbetrouwbaar is of niet bekend, wordt de zwangerschapsduur bepaald aan de hand van de beste obstetrische (medisch verloskundige) schatting. In zelfstandige klinieken voor zwangerschapsafbrekingen wordt de grens van 22 complete zwangerschapsweken gehanteerd (=154 dagen). In de strafrechtelijke regeling van zwangerschapsafbreking wordt onderscheid gemaakt naar gelang een kindje wel of niet zelfstandig levensvatbaar is. Zelfstandig levensvatbaar is een kindje, die naar redelijkerwijs verwacht mag worden, in staat is buiten het moederlichaam in leven te blijven, ongeacht of daarbij inzet van medische middelen nodig is.
*Bron: NVOG herziene richtlijnen 2015

Hoe gaat een afbreking van de zwangerschap

Hoe lang je zwanger bent kan invloed hebben op de manier waarop jouw zwangerschap kan worden afgebroken. Ben je nog niet lang zwanger, dan is een curettage misschien mogelijk (meestal tot 12 à 14 weken). Tijdens de curettage wordt, met plaatselijke verdoving, jouw baarmoeder leeggezogen d.m.v. een buisje. De gynaecoloog brengt eerst een “spreider” in je vagina. Daarmee kan zij/hij de baarmoedermond zien. Na afloop van de curettage wordt met de echo nog gecontroleerd of de baarmoeder leeg is.

Wanneer je al wat langer zwanger bent (>14 weken), dan wordt de bevalling meestal opgewekt in het ziekenhuis. Je partner of een ander dierbaar persoon mag bij je blijven. Voor de verwerking is het goed om de bevalling bewust mee te maken, hoe zwaar dat ook kan zijn. Daarnaast is een keizersnede altijd een risicovolle “operatie”, waardoor dit niet zonder medische indicatie zal plaatsvinden. Hoe het zal gaan, hoor je uiteraard ook in het ziekenhuis. Vaak worden de weeën opgewekt door medicatie.

Wanneer een zwangerschap wordt afgebroken, komt het regelmatig voor dat de placenta in de baarmoeder vast blijft zitten, zeker wanner de zwangerschap nog niet ver gevorderd was. De gynaecoloog maakt de placenta dan onder algehele narcose los.

Herinneringen maken

Gebruik de dagen die je hebt om herinneringen te maken. Je kunt jouw kindje voorlezen of liedjes zingen. En maak foto’s en/of filmpjes. Deze herinneringen helpen je echt in het latere rouwproces. Om contact met je kindje te maken, kun je hem/haar wassen, aankleden of in een omslagdoekje wikkelen.