Een miskraam, of ook wel zwangerschapsverlies genoemd, wil zeggen; het spontaan eindigen van een zwangerschap.

Men spreek van zwangerschapsverlies of een miskraam in de eerste 16 weken van de zwangerschap. Bij een zwangerschapsduur vanaf 16 weken wordt niet vaak over een late miskraam of zwagerschapsverlies gesproken, maar eerder over vroeggeboorte, doodgeboorte of stilgeboorte. In België spreekt men van een miskraam of zwangerschapsverlies tot een zwangerschapsduur van 20 weken. Dit wordt voor de vergelijking van internationale cijfers wel vaak overgenomen. Verschillende ouders vinden de term miskraam vanaf 11 à 12 weken ongepast. Mede doordat je met de term miskraam geen verschil kunt aanduiden tussen het verlies van een embryo (vruchtje) in de eerste zwangerschapsperiode en het verlies van een foetus na bijvoorbeeld het horen van het hartje. Welke benaming bij jou past, bepaal jij zelf. Het gemis, de emotionele impact, laat zich niet bepalen door een zwangerschapsduur!

Het medische woord voor miskraam is abortus. Dat kan verwarrend en pijnlijk zijn wanneer je dit in een ziekenhuis hoort, omdat we dit buiten de medische wereld gebruiken om het afbreken van een ongewenste zwangerschap aan te duiden. Het medische woord daarvoor is abortus provocatus.

Hieronder lees je meer informatie over zwangerschapsverlies (miskraam) in de vroege periode van de zwangerschap.

Hoe vaak komt het voor
Meestal vindt zwangerschapsverlies plaats bij een zwangerschapsduur <12 weken (vroege miskraam), zelden bij een zwangerschapsduur >16 weken. 

15% van de zwangerschappen eindigen in een miskraam. Dat aantal van gaat over de zwangerschappen die vastgesteld zijn. Sommige zwangerschappen eindigen zelfs voordat de normale menstruatie op gang komt. Dan is het nog niet eens bekend dat er een zwangerschap is.

Kans op herhaling
Als je zwangerschapsverlies hebt meegemaakt is de kans op herhaling niet of nauwelijks verhoogd, maar na twee miskramen is de kans ongeveer 25%, en na drie miskramen is dit ongeveer 35%.
Jouw persoonlijke situatie kan worden ingeschat op basis van je leeftijd en het aantal doorgemaakte miskramen, nadat aanvullend onderzoek is verricht door specialisten.

Symptomen;

  • Hevige krampen
  • Bloedverlies tijdens de zwangerschap (bloedverlies hoeft niet altijd in een miskraam te eindigen. Neem altijd contact op met je verloskundige of huisarts).
  • Soms wordt een miskraam opgemerkt vóórdat de vrouw het vruchtje of kindje verliest, maar wordt tijdens een vroege echo geen hartslag waargenomen.

Behandeling bij een miskraam;

  • Afwachten tot dat het vruchtje wordt afgestoten door het lichaam, als een hevige menstruatie. Belangrijk om in die situatie wel na 2 weken contact te hebben met je verloskundige of huisarts. Zij kunnen beoordelen of volledige “uitstoot” heeft plaatsgevonden.
  • Medicatie. Wanneer een miskraam niet vanzelf het lichaam verlaat of wanneer je daar niet op wilt wachten, kan er medicatie worden voorgeschreven.
  • Curettage. Wanneer medicatie niet voldoende is, kun je worden doorverwezen voor een curettage. Dit wil zeggen dat jouw baarmoeder d.m.v. een buisje wordt leeg gezogen. Dit gebeurt in sommige klinieken poliklinisch, maar kan ook onder algehele narcose plaatsvinden.

Risico’s en mogelijk oorzaken;

  • Infecties; Toxoplasmose en rode hond kunnen hooguit één keer een miskraam veroorzaken. Wanneer een vrouw deze infecties eenmaal gehad heeft, heeft ze antistoffen aangemaakt die bij een volgende infectie haarzelf en haar zwangerschap beschermen.
  • Hogere leeftijd; Voor vrouwen beneden de 35 jaar is de kans op een miskraam kleiner, dan rond de 40 jaar en ouder. De kans op een miskraam neemt toe met de leeftijd.
  • Roken
  • Schildklierproblemen
  • Diabetes
  • Drugs
  • Radiotherapie
  • Afwijkingen aan de baarmoeder
  • Een chromosoomafwijking, We kennen een toevallige chromosoomafwijkingen (na de bevruchting ontstaan) en een erfelijk bepaalde chromosoomafwijkingen (bij één of beide partners)

Meer informatie over chromosoomafwijkingen
Chromosomen zijn de dragers van de erfelijke informatie. Ze komen voor in paren, 22 paar autosomen en een paar geslachtschromosomen. Een vrouw heeft als geslachtschromosomen twee X-chromosomen en een man heeft een X- en een Y-chromosoom.

Bij een afwijking van de autosomen is vaak sprake van een gebalanceerde “translocatie”. Gezonde mensen kunnen drager zijn van een chromosoomafwijking in een ‘gebalanceerde vorm’. Bij de betrokken persoon zijn er geen verschijnselen. Wel heeft deze een verhoogde kans op het krijgen van een kind met een ongebalanceerde chromosoomafwijking.

Bij een translocatie zijn twee chromosomen aan elkaar vast gaan zitten of van plaats veranderd. Als er geen erfelijkheidsmateriaal verloren is gegaan of te veel aanwezig is heet dit een gebalanceerde translocatie. Een gebalanceerde translocatie heeft geen gevolgen voor de gezondheid van de drager. Wel kan zo’n translocatie problemen geven bij het krijgen van kinderen. Bij het doorgeven van de chromosomen kan er een ongebalanceerd chromosomenpatroon ontstaan.


Inversie
Bij een inversie is op een van de twee chromosomen een klein stuk omgedraaid. Omdat bij een inversie geen erfelijkheidsmateriaal verloren is gegaan of teveel aanwezig is, noemen we dit een gebalanceerde chromosoomverandering. Er bestaat mogelijk wel een verhoogde kans op het krijgen van kinderen met een ongebalanceerd chromosomenpatroon.

Ongebalanceerd chromosomenpatroon
Meestal eindigt een zwangerschap van een kindje met een ongebalanceerd chromosomenpatroon in een spontane miskraam. Daarnaast is er een kans op de geboorte van een kind met een ongebalanceerd chromosomenpatroon. Hierbij kunnen aangeboren afwijkingen en een  achterstand in de geestelijke ontwikkeling voorkomen.

Rouwproces bij zwangerschapsverlies

Niet iedere miskraam is als zodanig ontdekt. Soms weet een vrouw niet dat zij zwanger is en kan een bloeding daardoor niet als zwangerschapsverlies herkennen. En eigenlijk weten we nog niet heel veel over het rouwproces bij een miskraam. Het is namelijk heel lastig om vergelijkingen te maken in beleving, omdat men heel verschillend kan reageren op een miskraam. Daarnaast kennen we ook nog te weinig vergelijkingen in de verschillende culturen.

De ene persoon ervaart een vroege zwangerschapsverlies niet als “bijzonder” en ziet dit als onderdeel van een poging om zwanger te worden. Daarbij wordt het vruchtje vaak niet gezien als een “kindje”.

De ander kan hier wel een gevoel van rouw en verlies ervaren, dit zien we bijvoorbeeld vaker bij stellen die een sterke kinderwens ervaren. Zwangerschapsduur en kinderwens kan hierin meespelen. Het wel of niet “gemakkelijk” zwanger kunnen worden, speelt vaak een belangrijke rol bij het gevoel van verlies, angst of depressie.

Ook de impact bij partners wordt als wisselend ervaren. Een vrouw kan zich vanaf een positieve zwangerschapstest echt zwanger voelen, terwijl een partner dit gevoel meer kan ontwikkelen vanaf het zien van de echo’s. Dit kan in sommige situaties de oorzaak zijn van relationele problemen, wanneer het niet lukt om verbinding te houden tijdens dit verlies.

Omdat de beleving van ouders die een miskraam mee maken dusdanig verschillend kan zijn, is het belangrijk dat we dit niet onderschatten. Bovendien laat niemand je ‘aanpraten‘ wat je ‘moet’ voelen. Ieder mens is uniek en jouw gevoel ís jouw gevoel.